DE KONING

Zijne Majesteit de Koning werd geboren te Brussel op 15 april 1960. Hij is de oudste zoon van Koning Albert II en Koningin Paola. Hij is de kleinzoon van Koning Leopold III en Koningin Astrid.

De Koning volgt een klassiek en tweetalig schooltraject in het lager en middelbaar onderwijs in België en vervolgens bij de Koninklijke Militaire School, een tweetalige instelling van universitair niveau.

Sinds jongsaf geboeid door de luchtvaart en de ruimtevaart, kiest hij voor een militaire opleiding bij de luchtmacht waar hij zijn brevet van jachtpiloot behaalt. Hij sluit zijn militaire opleiding af met het brevet van parachutist en commando.

Hij verlaat vervolgens België en zet zijn academische studies verder in het buitenland. Na een trimester aan de universiteit van Oxford (Groot-Brittannië) en twee jaar aan de universiteit van Stanford (VSA) behaalt hij het diploma van master in de politieke wetenschappen.

Na zijn terugkeer in België in 1985 verdiept hij zich in de politieke, economische en sociale realiteit van zijn land. Een periode van 8 jaar waarin hij België en de Belgen leert kennen, met tal van ontmoetingen, bezoeken, conferenties en zendingen die hem inwijden in alle aspecten van de werking van zijn land.

In deze periode breidt hij zijn kennis sterk uit in domeinen die hem persoonlijk interesseren zoals geschiedenis, literatuur en filosofie. Hij onderneemt veel studiereizen en ontmoet overal ter wereld diverse personaliteiten die zich inzetten als leiders of gewone burgers. Hij volgt van nabij het Europese integratieproces op.

De Koning (toen Prins Filip) doet verschillende terreinervaringen op in het humanitaire domein.

Het overlijden van koning Boudewijn in 1993 brengt een kentering teweeg in het leven van de drieëndertigjarige prins. Hij wordt de vermoedelijke troonopvolger na de troonsbestijging van zijn vader Koning Albert II.

Vanaf dan neemt zijn publieke rol de bovenhand. Hierbij bestrijkt hij een aantal domeinen die in het verlengde liggen van de grootste uitdagingen van zijn tijd : de internationale zendingen ten dienste van de Belgische economie en van het imago van België in het buitenland, duurzame ontwikkeling, de dialoog tussen de gemeenschappen in België, de steun aan zwakkeren in de maatschappij en de aanmoediging van talent. Prins Filip bouwt een sterke dialoog op met politici, met wie hij onder vier ogen spreekt of samenwerkt tijdens zendingen en activiteiten.

Prins Filip neemt in 1993 het Erevoorzitterschap over van het Agentschap voor Buitenlandse Handel (ABH) over. Hij leidt de volgende twintig jaar niet minder dan 85 economische zendingen. Prins Filip brengt Belgische en buitenlandse ondernemingen met elkaar in contact alsook Belgische ondernemingen onderling. Na zijn troonsbestijging in 2013 blijft hij erevoorzitter van het Agentschap en vraagt hij aan zijn zus Prinses Astrid hem op de economische zendingen te vertegenwoordigen.

Een ander belangrijk aandachtspunt van de Koning is de duurzame ontwikkeling. Van 1993 tot 2013 is hij erevoorzitter van de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling, die de economische, sociale, wetenschappelijke en milieucomponenten van het land verenigt en die adviezen uitbrengt aan de federale regering. In dezelfde logica aanvaardt hij ook het erevoorzitterschap van de Internationale Poolstichting.

Hij steunt ook actief de dialoog tussen de drie gemeenschappen van het land. Met de oprichting van het Prins Filipsfonds in 1998 bevordert hij mee de dialoog tussen burgers van de verschillende taalgemeenschappen en stimuleert aldus een grotere wederzijdse erkenning en een respect voor ieders eigenheid en cultuur.

De Koning is zich ten volle bewust van de vele vormen van marginalisatie en ontmoet daarom mensen die er het slachtoffer van zijn. Ook hier voelt hij op het terrein de behoeften aan van mensen getroffen door ziekte, sociale uitsluiting, ongevallen en natuurrampen.

De Koning voelt zich ook aangesproken door de vele talenten die België rijk is, van sportlui, artiesten en wetenschappers tot ontdekkingsreizigers en jonge talenten. Allen worden met belangstelling door de Koning aangemoedigd.

Hij trad in 1999 in het huwelijk met Mathilde d’Udekem d’Acoz.

De Koning en Koningin Mathilde combineren een familieleven met de protocollaire en officiële verplichtingen. Zij voeden persoonlijk hun vier kinderen, Elisabeth, Gabriel, Emmanuel en Eléonore, op. De kinderen groeien op in een meertalige omgeving en volgen het Nederlandstalig onderwijs.

De vakanties worden besteed aan familie en vrienden. In hun vrije tijd houdt het vorstenpaar ervan om te lezen en sporten te beoefenen. De Koning gaat geregeld joggen en nam in mei 2013 en 2014 deel aan de 20 kilometer van Brussel.